Verslag

BRRRRRRRR….. een ijskoude verrassing

Zojuist onder de douche vandaan gestapt. Toch wel een lekker gevoel ondanks de koude rit. Vanmorgen zou uw rijdende reporter rijden met Edwin en Dennis. Edwin natuurlijk bekend van de razendsnelle bandenwissels. Zo snel zelfs dat je je afvraagt wat er zou gebeuren als hij aan het pitsteam van onze Max toegevoegd zou worden. Dennis bekend als de John de Mol van de fietsvrienden. Technische hoogstandjes bij de opnamen, fraaie shots en boeiende beeldverslagen van onze belevenissen. Uw rijdende reporter had er wel even zin in om met deze iconen uit de groep fietsvrienden een rondje te maken. Helaas; vanmorgen vroeg moesten we constateren dat de wegomstandigheden niet te combineren waren met het blessureverleden van Ed en Dennis. Begrijpelijk natuurlijk. Daar zat ik dan met het sterke pak aan om 08.30 uur aan de ontbijttafel te genieten van een kop koffie. 

Wat nu??? Ik moet eerlijk toegeven dat ik even moeite had om me zelf in beweging te krijgen. Maar de gedachte dat ik vandaag helemaal niet zou rijden en de gevolgen die het zou hebben op mijn gemoedstoestand brengen me uiteindelijk toch zo ver dat ik opstap. Direct is duidelijk dat het nog verraderlijk kan zijn op de weg. De weg lijkt weliswaar niet glad maar er is wel gepekeld. Dat zal toch niet voor niets zijn gedaan. Gelukkig ben ik op de bijpassende pekelfiets zodat het de gevolgen voor het materiaal, als die er al zijn, te overzien zullen zijn. Dat kan enige verkramping bij bochten en bruggetjes echter niet voorkomen. Met een sprankje hoop om mogelijk nog een paar andere fietsvrienden tegen te komen rij ik langs de brandweer. Maar helaas geen fietsvrienden. 

Er zit niets naders op dan alleen een rondje te rijden. Hoewel er een route naar de Noordpier bij IJmuiden op de site staat besluit ik, gezien de oostenwind via de Engewormer over de Zuiderweg naar Purmerend en vervolgens naar Oosthuizen te rijden. Ik weet niet hoe het komt maar het lukt niet om het ritme op te pakken. Zal het de voorzichtigheid zijn i.v.m. de mogelijk gladde weg, de winterdip of simpelweg het gebrek aan fietsvrienden om me heen. 

Bij Purmerend kijk ik op mijn computer. De cijfers zijn confronterend en bewijzen dat het eerste stuk daadwerkelijk niet soepel gaat. De gemiddelde snelheid staat op een dermate laag niveau dat ik me verbaas dat ik überhaupt ben blijven rijden zonder steunwieltjes. Ik besluit het los te laten en me niets van de cijfers op de computer aan te trekken. Gek genoeg lijkt dat te helpen want na ruim 20 kilometer bij Oosthuizen begint de locomotief toch een klein beetje op stoom te komen. Het lijkt ook wel, misschien zit het tussen de oren, als of de weg droger begint te worden en ik begin zowaar ook andere racefietsers tegen te komen. Ik draai richting Hoorn en besluit bij Grosthuizen richting Avenhorn en Ursem te rijden. Hoewel er weinig wind is komt hij nu lekker vanuit de rug en begint de bewolking ook zowaar ietsje minder te worden. Ik krijg er weer zin en het tempo begint zich ook langzamerhand richting een normaal niveau te begeven. Kortom de motivatie gaat ook weer de goede kant op. Bij Ursem draai ik dan ook voor een extra lusje naar Alkmaar. Daar aangekomen, zo rond de vijftig kilometer, begint het gemis aan appeltaart toch een rol te spelen. Langs de kant van de weg maar ff stoppen voor een gelletje en een ijskoude verassing uit de bidon die vervolgens direct effect sorteert op de blaas. Snel maar weer opgestapt want zo langs de kant van de weg in deze temperatuur is niet echt bevorderlijk voor de souplesse. De rit wordt afgerond via de Schermer (met een kleine extra lus) en over Wormerveer ga ik weer op weg naar huis. Daar aangekomen kan ik alleen maar concluderen dat zo’n rondje op de racefiets, ondanks alles, toch altijd weer ff de knop omzet in de goeie richting. 

Hopelijk volgende week weer een rit met een ploegje fietsvrienden. Op naar de warme douche. 

Tot volgende week

Marcinello uw rijdende reporter